Hoe vaak gebeurt het niet dat je een idee hebt. Een goed idee zelfs. Maar nog voor je ertoe komt om er daadwerkelijk iets mee te gaan doen, verstoft het ergens in een doodlopend hersenstraatje. Aan het gebrek een creativiteit zal het echter niet liggen. Het is de innerlijke criticus die de idee al aan het afkraken is, nog voor dat er iets gerealiseerd werd. Kritiek is nuttig en nodig. Maar is pas nuttig nadat je al iets uitgewerkt hebt. Niet voordat je er aan begint...
Al bij voorbaat mogelijkheden uitsluiten en potentieel goede ideeën afkraken, nog voor ze zijn uitgeprobeerd, is ook zo’n typisch voorbeeld van (onbewuste) vaste patronen waar wij gebruik van maken.
Die blijken in veel gevallen nuttig - ze verhinderen immers ‘nutteloze’ inspanningen en besparen energie - maar in veel gevallen dan weer helemaal niet, omdat ze mogelijkheden uitsluiten om ‘anders’, om ‘beter’ te doen, om tot andere gewenste uitkomsten te kunnen komen.
De #Disneystrategie helpt om van het ‘creatieve denken’ eerst naar ‘actie’ te gaan om dan pas het ‘kritisch denken’ zijn zegje te laten doen over de uitvoering. Daar kan het ‘creatief denken’ vervolgens weer mee aan de slag om tot een aangepaste uitvoering te komen die dan weer kan worden onderworpen aan kritiek. enz.
Vaak volgen mensen de omgekeerde weg. Ze bekritiseren potentieel goede ideeën zodanig, dat deze eigenlijk niet eens aan uitwerking toekomen. Ze geven vooral aandacht aan wat niet werkt. “Ja, maar” -statements en beperkende overtuigingen volgen elkaar op en sluiten mogelijkheden al op voorhand uit. Wanneer was jouw innerlijke criticus laatst aan het woord? En was dat nadat je een idee had? Of nadat je al iets was beginnen uitwerken?